Eline van Wieren schreef deze tekst. Studenten Creative Writing schrijven in aanloop naar ons festival Chaos & Conflict (twee-) wekelijks een tekst, waaronder een viertal gedichten over de aanslagen in Parijs. Eline draagt tijdens het festival ook een eerder geschreven column voor.
Het is fijn om te weten aan welke kant je staat. Als je tijdens een voetbalwedstrijd geen kant kiest, heb je niets om voor te juichen. En op vakantie, luieren op het strand of een bergwandeling maken. Tijdens the Voice of Holland, zodat je weet wie je af kunt kraken. Of tijdens het ontbijt, een hard of zacht gekookt ei.
We houden ervan iets te kiezen, omdat we dan ergens bij horen. Maar wat gebeurt er als je eigenlijk niet weet aan welke kant je staat? Als je misschien niet eens weet tussen welke kanten je moet kiezen? Wat als je keuze Geert Wilders of IS is, omdat dat de enige duidelijke kampen zijn? Hoe kies je een plek als alles door elkaar lijkt te lopen?
‘Als we allemaal iets meer empathie hadden, zouden alle problemen in de wereld opgelost zijn,’ zei Kirsten van den Hul (schrijfster van (S)hevolution) een paar jaar geleden toen ik haar interviewde. Ik denk dat de plek om dit inlevingsvermogen te oefenen en op zoek te gaan naar de stukjes waar we overlappen, kunst is. Het is bij uitstek de ruimte waar alles mogelijk is.
Lotte Lentes presenteerde afgelopen november haar chapbook ‘De jongen, het stof’. Waarin ze het verhaal van de Franse Majid verteld, een jongen die opgroeit in de achterbuurten van Roubaix en er alles aan doet om gezien te worden. Om zich los te weken van zijn afkomst en te laten zien wat hij waard is, vertrekt hij naar Syrië.
Lotte schreef het boek naar aanleiding van de aanslag op het Joods Historisch Museum in Brussel en de gedachte dat deze jongens, de jongens die naar Syrië vertrekken, ook onderdeel van haar generatie zijn. Ze groeiden op in dezelfde wereld. Toch staan zij daar en wij hier. Hoe is dat mogelijk? Het resultaat is een kwetsbaar verhaal over een jongen die het eigenlijk allemaal ook niet weet en vooral gewoon heel graag iemand wil zijn.
Theatermaker Sadettin Kirmiziyüz betreedt met zijn voorstelling ‘Hollandse luchten III: De radicalisering van Sadettin K.’ een zelfde soort grond. Het stuk hangt ergens tussen theater en een college in. Sadettin vraagt zich af waarom hij nog niet geradicaliseerd is. Waarom hij nog niet naar Syrië vertrokken is. En als hij dat wel gedaan zou hebben, wat zou hij daar dan moeten doen?
Door de geschiedenis van zijn voorouders uit te tekenen, probeert Sadettin te ontdekken hoe we op dit punt gekomen zijn. Hij vertelt over zijn gezin, zijn zoon en zijn ouders. De verplichtingen die hij heeft, of denkt te hebben. Door over de geschiedenis en het heden na te denken, probeert hij een antwoord te vinden. Een oplossing zelfs, misschien.
Het is wellicht een personificatie van wat bij iedere Nederlander, allochtoon en autochtoon, speelt. We hebben geen idee hoe we ons moeten voelen of hoe we ons moeten verhouden tegenover de terreur en het terrorisme dat steeds dichter bij huis komt.
Kun je door de stappen van een ander na te lopen, je voorstellen hoe het zou zijn als het jouw schoenen waren, beter leren wat jouw positie is? Misschien blijft er dan wel helemaal niets van die kanten en grenzen over. Blijken we allemaal gewoon hetzelfde te zijn.
Het is fijn om te weten aan welke kant je staat. Als je tijdens een voetbalwedstrijd geen kant kiest, heb je niets om voor te juichen. En op vakantie, luieren op het strand of een bergwandeling maken. Tijdens the Voice of Holland, zodat je weet wie je af kunt kraken. Of tijdens het ontbijt, een hard of zacht gekookt ei.
We houden ervan iets te kiezen, omdat we dan ergens bij horen. Maar wat gebeurt er als je eigenlijk niet weet aan welke kant je staat? Als je misschien niet eens weet tussen welke kanten je moet kiezen? Wat als je keuze Geert Wilders of IS is, omdat dat de enige duidelijke kampen zijn? Hoe kies je een plek als alles door elkaar lijkt te lopen?
‘Als we allemaal iets meer empathie hadden, zouden alle problemen in de wereld opgelost zijn,’ zei Kirsten van den Hul (schrijfster van (S)hevolution) een paar jaar geleden toen ik haar interviewde. Ik denk dat de plek om dit inlevingsvermogen te oefenen en op zoek te gaan naar de stukjes waar we overlappen, kunst is. Het is bij uitstek de ruimte waar alles mogelijk is.
Lotte Lentes presenteerde afgelopen november haar chapbook ‘De jongen, het stof’. Waarin ze het verhaal van de Franse Majid verteld, een jongen die opgroeit in de achterbuurten van Roubaix en er alles aan doet om gezien te worden. Om zich los te weken van zijn afkomst en te laten zien wat hij waard is, vertrekt hij naar Syrië.
Lotte schreef het boek naar aanleiding van de aanslag op het Joods Historisch Museum in Brussel en de gedachte dat deze jongens, de jongens die naar Syrië vertrekken, ook onderdeel van haar generatie zijn. Ze groeiden op in dezelfde wereld. Toch staan zij daar en wij hier. Hoe is dat mogelijk? Het resultaat is een kwetsbaar verhaal over een jongen die het eigenlijk allemaal ook niet weet en vooral gewoon heel graag iemand wil zijn.
Theatermaker Sadettin Kirmiziyüz betreedt met zijn voorstelling ‘Hollandse luchten III: De radicalisering van Sadettin K.’ een zelfde soort grond. Het stuk hangt ergens tussen theater en een college in. Sadettin vraagt zich af waarom hij nog niet geradicaliseerd is. Waarom hij nog niet naar Syrië vertrokken is. En als hij dat wel gedaan zou hebben, wat zou hij daar dan moeten doen?
Door de geschiedenis van zijn voorouders uit te tekenen, probeert Sadettin te ontdekken hoe we op dit punt gekomen zijn. Hij vertelt over zijn gezin, zijn zoon en zijn ouders. De verplichtingen die hij heeft, of denkt te hebben. Door over de geschiedenis en het heden na te denken, probeert hij een antwoord te vinden. Een oplossing zelfs, misschien.
Het is wellicht een personificatie van wat bij iedere Nederlander, allochtoon en autochtoon, speelt. We hebben geen idee hoe we ons moeten voelen of hoe we ons moeten verhouden tegenover de terreur en het terrorisme dat steeds dichter bij huis komt.
Kun je door de stappen van een ander na te lopen, je voorstellen hoe het zou zijn als het jouw schoenen waren, beter leren wat jouw positie is? Misschien blijft er dan wel helemaal niets van die kanten en grenzen over. Blijken we allemaal gewoon hetzelfde te zijn.